"Als wij gebeden hebben, wil jij dan bidden?"
"Dat weet ik niet..."
"Ik ben niet gewend om hardop voor mijzelf te bidden"
Zij baden, riepen naar de hemel en pleiten voor de troon van de almachtige, de alwetende en de alziende God.
Toen bad ik... mijn bezwaren van een paar minuten ervoor waren verdwenen.
Op eenzelfde manier als zij, smeekte ik de God van de hemel en bad het kortste gebed van een zondaar ooit.
"O God... wees mij zondaar genadig".
Toen gebeurde er iets wonderlijks.
Plotseling bad ik er achteraan:
"Ik geloof, kom mijn ongeloof te hulp".
Toen en daar eindigde mijn 35 jaar lange geestelijke zoektocht naar redding voor mijn ziel. Die tocht begon toen ik 21 jaar oud was. God raakte mij toen krachtig aan door Zijn Heilige Geest. Ik werd in mijn hart ervan overtuigd dat ik niet kon sterven zoals ik geboren was. Ik wist het verstandelijk wel maar nu werd ik er diep van binnen van bewust. Er moest vergeving komen voor alle zonden die ik gedaan had. Mijn schuld moest betaald worden! Ik lag in die periode 's nachts weleens wakker en huilde dan van berouw. Mijn ongerechtigheid voor God was steeds voor mijn ogen echter in dat berouw vond ik geen zaligheid.
Zoeken...
Ik begon preken te lezen van oude dominees (oudvaders) en getuigenissen te lezen van kinderen van God (bekeringsgeschiedenissen). Ik ging naar hun bijeenkomsten (gezelschappen) om rust vinden voor mijn ziel maar het hielp me niet. Ik begon naar de wet te leven en probeerde mij aan alles te houden. Soms vond ik een langere periode van rust door het houden van regels, tradities en de 10 Geboden. Ik dacht dat dit het werken was 'voor het voedsel dat blijft tot in het eeuwige leven'. Ik snapte echter niet dat de Mensenzoon dat aan mij geven zou als ik Hem geloofde. Ik werd terug geworpen op mijzelf, op mijn goede werken en daden.
Voordat ik trouwde in 1972, was ik een keer een uitslaande woningbrand aan het blussen op de derde verdieping. Alleen met mijn ademluchtapparaat en brandslang. Mijn broer, ook een brandweerman, was in het trappenhuis van deze woning om de brandslang aan te voeren. En plotseling, in het midden van het geraas van de vlammen, dwars door het lawaai van de uitslaande brand om mij heen, kwam er een ijzige gedachte in mijn gedachten. De gedachte dat de hel net zo'n plek was als deze poel van vuur die ik stond te blussen. Ik ben nooit vergeten hoe God, via deze brand, tot mij sprak over die vreselijke plek van eeuwige pijn, vuur en lijden.
Werken...
Intussen trouwde ik, kreeg kinderen, deed als brandweercommandant mijn werk en leefde het leven zoals iedereen op deze aarde. Ik probeerde een goede vader, een zorgzame echtgenoot, een trouwe kerkganger en een echte brandweerman te zijn. In eigen ogen leefde ik netjes echter de natuurlijke manier van leven is verbonden met de onzichtbare wereld van het geestelijke. En vanuit daar kwamen regelmatig hemelse berichten als pijlen in mijn hart. Die berichten overtuigden mij dat het niet in orde was zoals ik leefde. Dat prikkelde verlangens in mijn diepste wezen naar verlossing en verzoening!
Werken, werken...
Tijdens mijn geestelijke zoektocht besefte ik op enig moment dat al mijn eigen goede werken en daden 'eigen gerechtigheden' waren. Die worden in de Bijbel door de profeet Jesaja in hoofdstuk 64 vers 6 een bevlekt en bezoedeld ('wegwerpelijk') kleed genoemd. Ik was niet in staat om mijn leven op te knappen hoe ik ook probeerde. Het was rond het jaar 2000 en dat God mij door Zijn Geest openbaarde dat ik gedoemd was om te blijven zondigen als ik zo doorleefde. Dat elke verbetering, elke poging om Gods wetten te houden zinloos was!
Ik herinner het mij nog, ik leunde na een dag hard werken tegen mijn huis in Bergambacht toen die boodschap als een hemelse pijl zich boorde in mijn hart. Jarenlang had ik geprobeerd om de zonden (en zondige gedachten) te voorkomen en te bestrijden in eigen kracht. Dit bleek nutteloos omdat ik de wet van God niet houden kon. Ik was dus veroordeeld tot blijven zondigen tot aan mijn dood. Naderhand begreep ik dat dat in Romeinen 8 vers 7 staat: "Immers, het denken van het vlees is vijandschap tegen God. Het onderwerpt zich namelijk niet aan de wet van God, want het kan dat ook niet". Het ging gewoon niet!
Ik voelde mij als een godsdienstige goddeloze; een opgezweepte en rusteloze zee die alleen slijk en modder opwerpt zoals dat staat in Jesaja 57 vers 20. En dat die personen geen vrede met God hebben, zegt Jesaja erachter aan.
Wanhopig...
Een gevoel van diepe hulpeloosheid overviel mij toen ik tegen mijn huis leunde en dit woord van Gods Geest hoorde. Zo begonnen de laatste jaren van mijn zoektocht; vol met groeiende innerlijke onrust. Altijd verslagen door satan in mijn verborgen verslavingen. Hij verblindde mij, als ongelovige, voor de weg van de zaligheid zoals dat in de Bijbel staat in 2 Korinthe 4 vers 4: "Van hen, de ongelovigen, geldt dat de god van deze eeuw hun gedachten heeft verblind, opdat de verlichting met het Evangelie van de heerlijkheid van Christus, Die het beeld van God is, hen niet zou bestralen".
Hij, de satan, blokkeerde mij letterlijk de weg naar God door aangeleerde gedachten, dogmatiek en ongeloof. Mijn binnenste wilde wel maar mijn verstand zat in de weg! Het denken aan de dood nam toe, gestimuleerd door wat ik mee maakte in mijn werk; ik zag veel mensen gewond, of dood. Daar komt nog bij dat ikzelf ook vele malen de dood van dichtbij in de ogen keek. Er was echter een kracht, o hoe genadig, sterker dan de satan! Die belette dat ik omkwam in een brand, of bij een ongeval, of op een andere manier.
Ik reed in die jaren eens als Officier van Dienst, met zwaailicht en sirene, 's nachts door een rood stoplicht. Ik was op weg naar een incident en wilde een provinciale weg opdraaien. Ik remde wel om niet zomaar die kruising op te rijden. Er was echter een bovennatuurlijke kracht die mijn rempedaal dieper indrukte dan dat ik zelf deed. Plotseling nog geen 10 cm vanaf de voorbumper, zoefde er een andere auto langs met een snelheid van 80/100 km per uur. Die bestuurder had "groen". Ik ben nooit vergeten hoe God mee remde en voorkwam dat ik de rijbaan van die andere auto opreed. Ik heb geen andere verklaring, ik weet nog dat ik in die ene fractie van die seconde verbaasd was dat er meer geremd werd dan ik zelf deed). Ik had op slag dood geweest als mijn auto in de flank geraakt zou zijn, precies daar waar ik, als bestuurder, zat!
Toen in 2002, na het lezen van een boek over de ingewikkelde manier van zalig worden in mijn kerkgenootschap, begreep ik opeens dat Jezus de enige (!) Weg naar de verlossing was. Misschien had ik dit al wel vele malen en vele jaren gehoord, maar nu werd het krachtig verlicht en levend gemaakt door Gods Geest. Als gevolg daarvan heb ik, in de laatste jaren vóór mijn bekering in 2007, alle kerken in de buurt van mijn woonplaats bezocht om Jezus te zoeken. Ik kon Hem echter niet vinden...
Wanhopiger...
De laatste maanden en weken waren geestelijk bijna ondraaglijk, herinner ik me. Hopeloos, rusteloos, sterker gebonden aan boezemzonden dan ooit. Op een zondag luisterde ik via de computer naar een preek die tijdens een jongerenbijeenkomst werd gehouden. In die preek verklaarde die dominee mijn hopeloze geestelijke positie en vertelde dat Jezus op de deur van mijn hart klopte.
"Zie, Ik sta aan de deur en Ik klop. Als iemand Mijn stem hoort en de deur opent, zal Ik bij hem binnenkomen en de maaltijd met hem gebruiken, en hij met Mij" Jezus riep mij krachtig tot Zich uit Openbaring 3 vers 20.
Het trof mij als een mokerslag... ik barstte in tranen uit. Jezus naar wie ik zó op zoek was, stond daar aan de buitenkant van mijn hart te kloppen. Ik hoorde Zijn stem luid en duidelijk en Hij nodigde me uit om de deur van mijn hart te openen! Maar waar zat nu toch de knop van de deur van mijn hart zodat ik die zou kunnen openen en Hem binnenlaten?
Jezus wil naar binnen, je hart in! |
Aan het einde gekomen...
Nu was ik echt zonder enige hoop, zó dichtbij en toch zó onbereikbaar! Bijna de redding... en toch nog steeds verloren. Er zat slechts één deur(dikte) tussen! Innerlijk wanhopig ging ik een paar weken later met mijn gezin op vakantie naar Frankrijk. Enerzijds geestelijk 'dodelijk' vermoeid over de verloren positie van mijn dorstige ziel. Anderzijds moe gestreden van dat worstelen in mijn geweten dat steeds gevoeliger werd. Ik stond in het gericht als vuile zondaar voor een levende God. Diep verlangend naar die bloedgerechtigheid van Jezus Christus terwijl de satan mij tegelijkertijd in zijn duistere gevangenis vasthield.
Overgave... de witte vlag!
Op het vakantiepark ontmoette ik een dominee, sprak met hem over mijn zoeken en legde de positie van mijn ziel aan hem uit. Ik herinnerde mij nog de eerste woorden die ik tegen hem sprak: "Ik zoek Jezus maar kan Hem niet vinden". We spraken over het overtuigende werk van de Heilige Geest (en het verschil tussen zaligmakende en algemene overtuigingen) en over het feit dat gevoel niet hetzelfde is als geloof (ik voelde niets...). Terwijl wij daarover spraken, ervaarde ik dat in mijn verstand deze gordijnen van ongeloof werden weggeschoven.
Die dominee stelde voor, nadat wij kort met elkaar gesproken hadden, om samen te bidden. Hij vroeg aan mij dat zelf ook te doen als hij, en een ander die erbij was, gebeden hadden. Ik bad vervolgens dat wonderlijke gebed dat de Heilige Geest mij aanreikte als "een gouden appel op een zilveren schaal".
Ik smeekte naar de God in de hemel en bad het kortste gebed van een zondaar ooit. Mijn moeder bad het altijd met ons, als kinderen, voor het naar bed gaan.
"O God... wees mij zondaar genadig".
Toen gebeurde er iets wonderlijks.
Plotseling bad ik:
"Ik geloof, kom mijn ongeloof te hulp".
Uit genade door het geloof!
Ik stond op en liep terug naar mijn vakantiehuis. Ik ervaarde na 100 meter dat er diep binnenin mij wat veranderd was maar kon dat geen woorden geven. De volgende ochtend vroeg ging ik joggen en nam mijn Bijbel mee (ik had dit nooit eerder gedaan). Na een tijdje rustte ik uit tegen een rots, opende mijn Bijbel. Hij sloeg als vanzelf open bij de tekst uit Efeze 2 vers 8 die er als het ware uitsprong: "Want uit genade zijt gij zalig geworden door het geloof, en dat niet uit u, het is een gave van God". Dit was de verklaring door de Geest van wat er die dag ervoor gebeurd was: ik geloofde! De jarenlange diepe doodsangst in mij was weggevlucht, volledig! Mijn hart was in volle rust en mijn ziel had diepe vrede met God ontvangen.. Augustinus heeft dat zo mooi gezegd: "Onrustig is ons hart..... O God... totdat het rust vindt in U!" De hel voor eeuwig gesloten en de hemel onmiddellijk en voor altijd geopend. Ik had het eeuwige leven ontvangen door te geloven in Jezus!
Die dagen erna ervaarde ik een diepe vrede met God zoals er staat in Romeinen 5 vers 1 en dat er geen veroordeling (SV verdoemenis) meer voor mij was (Romeinen 8 vers 1). De last van de zonden en schuld was weggenomen door Gods Zoon, Jezus Christus. Ik was uit de Geest geboren, ik had de levendmaking van Boven ontvangen, de vernieuwing van binnen zoals Jezus dat zegt in Johannes 3 vers 8. Dat ervaarde ik vrijwel meteen want mij hart wilde die dag erna niet meer wat het dagen en jaren ervoor wèl wilde. Direct werden de banden van een zware verslaving verbroken, ik was door Gods Zoon uit deze martelende gevangenis verlost en bevrijdt. De doodsangst die zich diep in mijn wezen genesteld had, was weg! En... een diepe-nooit-eerder-ervaren vreugde kwam in mij naar boven stromen! Deze dingen zijn nooit meer weggegaan sindsdien!
O... Die Heilige Geest!
O, Glorie aan het Lam... Dat mij heeft geleid door Zijn Heilige Geest. De Geest van God verliet mij nooit, hoewel ik zoveel zondigde en van mijn leven een ruïne gemaakt had. Hij was overal bij, zag alles wat ik in het geheim zag en deed! Hij hoorde alles wat ik in het verborgene sprak en Hij wist alles! Desondanks overreedde Hij mij vol liefde, telkens weer en steeds opnieuw in mijn geweten om de redding en vergeving bij Jezus, alleen te zoeken.
Ik huilde tranen over mijn zonden, maar tranen konden mij niet redden!Dat leven, die ervaringen van Gods kinderen kon mij geen nieuw hart geven!Ik leefde uiterlijk een fatsoenlijk leven maar in mijn hart was het een vuilnisbelt! Ik deed mijn best maar mijn hart bleef koud en hard.Dat fatsoenlijke leven kon me niet redden van het oordeel voor de witte troon! Alleen de gerechtigheid, die bloedgerechtigheid van Jezus, redt van de dood.Het houden van regels, tradities en de 10 Geboden... uit die werken van de wet kon ik niet gerechtvaardigd worden voor God!
Het Lam waardig...
O, Glorie aan het Lam... Dat mij leidde naar het zaligmakend geloof, naar de deurknop, naar de verlossing. Het bloed voor het Lam heeft mij wit gewassen van mijn zonden; want zonder bloedstorting zou er ook voor mij geen vergeving mogelijk geweest zijn. De weg naar de zaligheid echter, de ingang door de enge poort naar de eeuwige leven, is het kloppen, het aanbellen of de pincode intoetsen. Als je dat doet in vertrouwen, in het geloof dan zal de poort, dan zal de deur ook voor jou geopend worden. Zelfs als er nog ongeloof in jouw geloofsovergave is, wordt de poort geopend en zwaait de deur open. Jezus genas de maanzieke knaap hoewel de vader in tranen bad en beleed: "Heere Ik geloof, kom mijn ongeloof te hulp".
Dus luister
... jullie vaders en moeders die gebonden zijn door leerstellig ongeloof,
... jullie jongeren die gevangen zijn en gebonden in zonden, achter de koperen deuren en stalen grendels van jullie beeldschermen,
... jullie jonge mannen en vrouwen, getrouwd of niet, die krampachtig de 10 Geboden proberen te houden,
... jullie functionarissen in hoge posities binnen godsdienstige organisaties, scholengemeenschappen, decanen, onderwijzers en onderwijzeressen, dominees, ouderlingen, oudsten, diakenen of huisvrouwen vastgehouden in verborgen zonden,
... jullie teenagers die gevangen zijn in seksuele zonden en gamen en filmseries kijken waardoor je leven van binnen corrupt, verdorven is geworden hoewel je je vader, moeder en dominee nog steeds gehoorzaamt...
Luister... er is grote hoop, er is een Verlosser, Jezus Christus!
Als je geestelijke positie van binnen is zoals Psalm 107 dat beschrijft in vers 10 tot en met 12...
"10 Er waren er die in duisternis en in de schaduw van de dood zaten,gevangen in ellende en ijzer.11. Want zij waren ongehoorzaam geweest aan de woorden van Goden hadden de raad van de Allerhoogste verworpen.12. Daarom vernederde Hij hun hart door moeite,zij struikelden en er was geen helper".
Roept dan tot de Heere zoals zij dat deden: "Doch roepende tot de HEERE in hun benauwdheid die zij hadden....
En God zal je verhoren en je redden uit alle nood zoals Hij bij hen deed. Lees maar: "..... verloste Hij hen uit hun angsten. Hij voerde hen uit de duisternis en de schaduw des doods, en brak hun banden. Laat hen voor den HEERE Zijn goedertierenheid loven, en Zijn wonderwerken voor de kinderen der mensen! Want Hij heeft de koperen deuren gebroken en de ijzeren grendelen in stukken gehouwen". Hij is gisteren, vandaag Dezelfde en in alle eeuwigheid, onveranderlijk!
Waarom zou je nog wachten?
Jezus, Gods Zoon, is altijd, dag en nacht, aan het kloppen op de deur van jouw hart. God, de Heilige Geest, is altijd, dag en nacht, bereid om jouw verduisterd verstand te verlichten en je naar Jezus te leiden. God, de Vader, is altijd, dag en nacht, bereid om te ontvangen en jou te rechtvaardigen door het geloof door het bloed van Jezus Christus, Zijn Zoon! God heeft een behagen, vindt er vreugde in dat je voor het leven kiest zoals Mozes dat aan het volk voorstelt in Deuteronomium 30 vers 19! God zegt tegen jou in Ezechiël 18:23: "Zou Ik werkelijk behagen scheppen in de dood van de goddeloze? spreekt de Heere HEERE. Is het niet, wanneer hij zich bekeert van zijn wegen, dat hij zal leven?"
Kom, je hoeft geen 35 jaar te zoeken zoals ik deed. Als je Zijn stem dan vandaag, door de Heilige Geest, gehoord hebt, laat je dan leiden. Het is vandaag de dag van jouw zaligheid! Jezus riep het uit "Het is volbracht!" Daarom is het vandaag het heden van de genade! Hij heeft die bloedprijs betaald en je als slaaf, of slavin vrijgekocht! Dus aarzel niet en geloof dat alleen!
Het is onmogelijk om jezelf op te knappen voor God; het is niet nodig ook. Er hoeft niets van ons bij! Hij is op zoek naar zondaars, op zoek naar degenen die de teugels van hun leven uit handen willen geven aan Hem. Hij zoekt ook rechtschapen, godsdienstige en vrome mannen en vrouwen, jongens en meisjes. Hij is niet op zoek naar hun godsdienstigheid maar wil genade schenken en barmhartigheid aan hen bewijzen!
Ik was een geheime zondaar net als jij. Ik knapte mijzelf vele jaren op maar bleef dood van binnen in zonden en misdaden. Nu echter leef ik zoals John Newton dat beschreef in zijn lied: "Genade zo oneindig groot, dat ik die het niet verdien, het leven vond want ik was dood en blind maar nu kan ik zien".
Contact
Wil je hierover doorpraten, of heb je vragen, of wil je gebed,
mail mij gerust op levendenstromendwater@gmail.com.
Of bel of app mij op 06-51046981.
Evangelist Cees van Beek uit Genemuiden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten